Elke dag een culinair hoogstandje serveren waar chef-koks nog jaloers op kunnen zijn. Bereid met ingrediënten zó vers dat zelfs een boer er nog niet van op de hoogte is. Iedere maaltijd is natuurlijk ook uiterst fotogeniek, het moet er wel instagramwaardig uitzien. En een keer sporten overslaan, dat kan echt niet. Dat strakke lichaam ontstaat niet vanzelf. Het is tenslotte alles of niets.
Dat kan. Voor sommige werkt het. Voor mij niet. Zeker heb ik het geprobeerd, de ‘alles of niets’ strategie. En voor een korte tijd werkt het prima, daarna beginnen echter de problemen. Bij een ‘alles of niets’ aanpak, werk je namelijk naar een doel. Dat is belangrijk, aangezien je keihard moet werken om dat doel te bereiken en daarvoor dus ook opofferingen zult moeten doen. Het probleem daarmee is alleen dat het gekozen doel vaak een ideaalplaatje is, waar we natuurlijk niet 1,2,3 aan kunnen voldoen en in sommige gevallen zelfs nooit. Dit vraagt een enorme hoeveelheid aan discipline, doorzettingsvermogen en wilskracht. En dat zijn capaciteiten die niet altijd op maximale spanning kunnen staan. Na verloop van tijd zullen deze drijfveren langzaam verslappen en misschien zelfs breken. Met als gevolg een enorme teleurstelling, de gedachte dat je hebt gefaald of in het ergste geval dat je helemaal opgeeft omdat het toch al niet is gelukt.
Ter illustratie een beeldend voorbeeld….in yogavorm natuurlijk 😊. Het doel in dit voorbeeld is je been in je nek kunnen leggen. Want…wie wil dat nou niet. Denk je nu, dat is wel wat vergezocht, bedenk je dan eens wat je eigen gezondheidsideaal is. Een strak lichaam, geen grammetje vet te veel, zichtbare spieren, alleen maar gezond voedsel nuttigen, nooit meer eetbuien, een weegschaal die je toelacht in plaats van uitlacht, altijd vrolijk en energiek, een conditie waar je met gemak een marathon mee kunt uitlopen en een mooi bruin kleurtje (heeft niks met gezondheid te maken, maar als we dan toch bezig zijn). Toch maar beginnen met dat been in je nek leggen dan? 😉
Het spreekt voor zich dat het niet zal lukken om je lichaam ineens als een pretzel in elkaar te strikken. Een yogahouding kost oefening en tijd. Het lichaam heeft tijd nodig om zich aan te passen en langzaam en geleidelijk aan zal een ingewikkelde houding zich aan je ontvouwen. Om terug te komen op de ‘alles of niets’ strategie, zou dat in dit geval inhouden dat je er elke dag àlles aan doet om je voet dichter bij je hoofd te brengen. Een dag niet geoefend is een absolute ‘no go’. Het begin is verschrikkelijk, want je krijgt je been niet eens van de vloer getild. De dagen erna zijn wisselend slechter en beter. De ene dag schiet het lekker op en merk je dat het lukt om je been alweer een paar millimeter verder te bewegen, maar de volgende dag ben je ineens zo stijf als een hark. En je doet nog wel zoveel moeite. Ook als je nek zo veel pijn doet dat je alleen nog maar naar beneden kunt kijken en mensen zich beginnen af te vragen of je misschien ‘sociaal wat onhandig bent’. Zelfs dan doe je nog een verwoede poging om je lichaam dubbel te klappen. En elke dag opnieuw, word je geconfronteerd met het feit dat je doel (nog steeds niet) is bereikt, want je bent pas klaar als je eindelijk in staat bent om met je grote teen in je oor te pulken.
Een doel kan richting geven, maar tegelijkertijd geeft het ook de illusie van een eindpunt. Een streven naar een goede gezondheid heeft geen eindpunt. Het is een manier van leven. Dus in plaats van àlles goed te willen doen, is het beter om te kijken naar wat mógelijk is. Je kunt wel alleen maar biologische willen eten, echt àlles zelf willen maken, elke dag 1 uur sporten en alleen nog maar verantwoorde maaltijden nuttigen. De vraag is of dat haalbaar is. Je kunt niet meer dan je best doen. Als je voor biologisch voedsel langs 5 verschillende supermarkten moet om je boodschappen te doen, terwijl je een fulltime baan hebt, 6 kinderen te verzorgen en in het weekend nog vrijwilligerswerk doet, kun je ervoor kiezen om je etenswaren toch maar in de supermarkt te halen. En daar dan voor de beste opties te kiezen. Het is als een compromis sluiten met jezelf. Met je eigen wensen en wat je daarvoor over hebt. De kunst is om te accepteren wat wel en niet in jouw leven past. En als dat betekent dat je zaterdag ‘frietendag’ op de agenda laat staan, omdat je de rest van de week wèl gezonde maaltijden op tafel zet, is dat toch helemaal prima.
Toegeven dat je niet perfect bent is zeker lastig, maar het werkt ook bevrijdend. Het geeft rust en ruimte om niet altijd op spanning te hoeven staan. Om je niet constant in allerlei bochten te hoeven wringen en krampachtig vast te houden aan het idee dat je niet aan je ideaalbeeld voldoet. Want dat doe je wel, op je eigen manier. Niet perfect is goed genoeg.
Σχόλια